Art. 13. § 1. Ter uitvoering van artikel 24, § 1, van het Mestdecreet, dient elke landbouwer, als vermeld in artikel 23, § 1, 1°, a), van het Mestd
ecreet voor elk van zijn exploitaties, voor elk van de diersoorten die hij gedurende het afgelopen kalenderjaar op zijn exploitatie heeft gehouden, met uitzondering van de dieren die behoren tot de diersoort Rundvee, per kalenderjaar, een dierregister bij te houden. De landbouwer heeft hier
bij de keuze tussen drie verschillende types van dierregister, zijnde een maandregister, een rondere
...[+++]gister of een veranderingsregister.
Art. 13. § 1. En exécution de l'article 24, § 1, du décret sur les engrais, chaque agriculteur, visé à l'article 23, § 1, 1°, a) du décret sur les engrais, doit tenir, par année calendaire, un registre des animaux pour chacune de ses exploitations et pour chacune des espèces animales qu'il a détenues dans son exploitation au cours de l'année calendaire écoulée, à l'exception des animaux qui appartiennent à l'espèce bovine, A cet effet, l'agriculteur peut choisir entre trois types différents de registres d'animaux, à savoir un registre mensuel, un registre des cycles ou un registre des changements.