2. De lidstaten kunnen de verlening van de in de artikelen 21 tot en met 23 vermelde ondersteunende diensten aan hun openbare diensten voor arbeidsvoorziening toevertrouwen, mits deze openbare diensten aan het Eures-netwerk deelnemen, hetzij als gemachtigde Eures-partner op grond van artikel 8 en de bijlage bij deze verordening, hetzij als Eures-partner op basis van de vrijstelling in lid 3.
2. Les États membres peuvent confier la prestation des services de soutien prévus aux articles 21 à 23 à leurs services publics de l'emploi, pour autant que ceux-ci participent au réseau EURES en qualité de partenaires d'EURES autorisés conformément à l'article 8 et à l'annexe du présent règlement, ou sur la base de l'exemption prévue au paragraphe 3.