11. verzoekt de lidstaten het onderdeel "ondernemerschap" van de richtsnoeren voor de werkgelegenheid naar behoren ten uitvoer te leggen; de lidstaten moeten het ondernemerschap met passende middelen stimuleren en de coördinatie op het gebied van de opleiding versterken om de vorming van zelfstandigen, bedrijfshoofden en ondersteunende voorzieningen specifiek voor hen te versterken;
11. invite les États Membres à mettre dûment en œuvre le pilier "esprit d'entreprise" des lignes directrices pour l'emploi; les États Membres doivent le soutenir avec les fonds adéquats, et renforcer la coordination en matière de formation, en favorisant la formation des travailleurs indépendants, des chefs d'entreprise, et les services de soutien qui s'adressent spécifiquement à eux;