In ieder geval dient elke verdragssluitende Staat er ten minste op toe te zien dat de aanvrager vanaf de publicatie van een Europese
octrooiaanvraag een gezien de omstandigheden redel
ijke vergoeding kan eisen van iedereen die in die verdrag
ssluitende Staat de desbetreffende uitvinding h
eeft geëxploiteerd, onder omstandigheden op grond waarvan hij volgens het nationale rech
t aansprak ...[+++]elijk zou zijn indien het inbreuk op het nationale octrooi zou hebben betroffen.
En tout état de cause, chaque État contractant doit, pour le moins, prévoir qu'à partir de la publication de la demande de brevet européen, le demandeur peut exiger une indemnité raisonnable, fixée suivant les circonstances, de toute personne ayant exploité, dans cet État contractant, l'invention qui fait l'objet de la demande de brevet européen, dans des conditions qui, selon le droit national, mettraient en jeu sa responsabilité s'il s'agissait d'une contrefaçon d'un brevet national.