Traduction de «groenere economie aanzienlijke » (Néerlandais → Français) :

Terwijl lidstaten classificaties voor "groene" vaardigheden[23] ontwikkelen, staat vast dat de overgang naar een groenere economie aanzienlijke gevolgen zal hebben voor de behoeften aan vaardigheden, met meer vraag naar geschoolde arbeidskrachten in groeiende eco-industrieën, de bijscholing van werknemers in alle sectoren, en de omscholing van werknemers in sectoren die gevoelig zijn voor herstructurering[24].
Alors que les États membres élaborent des classifications des compétences «vertes»[23], il est désormais admis que la transition vers une économie plus vertueuse sur le plan environnemental aura des répercussions significatives sur les besoins en compétences, et se traduira par une demande accrue de main-d’œuvre qualifiée dans les éco-industries émergentes, une mise à niveau des travailleurs dans toutes les branches et la reconversion des salariés dans les secteurs menacés de restructuration[24].

78. dringt erop aan dat bij steunverlening van de EU aan de „groene economie” het belang wordt erkend van investeringen van bestaande industrietakken die worden gebruikt om het gebruik van hulpbronnen aanzienlijk efficiënter te maken, de CO2 -uitstoot te verminderen en om de doelen van de EU 2020-strategie inzake het creëren van groene banen te bereiken; onderstreept dat een groenere economie het concurrentievermogen en de innovatie in alle sectoren dient te ondersteunen door zich op gebieden te richten waar verbeteringen economisch efficiënter en ecologisch effectiever zijn;
78. demande instamment que l'aide apportée par l'Union en faveur de l'«économie verte» tienne compte de l'importance des investissements réalisés par des industries en place pour renforcer de manière importante l'efficacité dans l'utilisation des ressources et encourager une importante réduction des émissions de CO2 et pour atteindre les objectifs définis par la stratégie UE 2020 en ce qui concerne la création d'emplois verts; souligne qu'une économie plus verte devrait favoriser la compétitivité et l'innovation dans tous les secteurs en privilégiant les domaines où les améliorations sont plus rentables et plus efficaces d'un point de vue environnemental;

79. dringt erop aan dat bij steunverlening van de EU aan de "groene economie" het belang wordt erkend van investeringen van bestaande industrietakken die worden gebruikt om het gebruik van hulpbronnen aanzienlijk efficiënter te maken, de CO2-uitstoot te verminderen en om de doelen van de EU 2020-strategie inzake het creëren van groene banen te bereiken; onderstreept dat een groenere economie het concurrentievermogen en de innovatie in alle sectoren dient te ondersteunen door zich op gebieden te richten waar verbeteringen economisch efficiënter en ecologisch effectiever zijn;
79. demande instamment que l'aide apportée par l'Union en faveur de l'"économie verte" tienne compte de l'importance des investissements réalisés par des industries en place pour renforcer de manière importante l'efficacité dans l'utilisation des ressources et encourager une importante réduction des émissions de CO2 et pour atteindre les objectifs définis par la stratégie UE 2020 en ce qui concerne la création d'emplois verts; souligne qu'une économie plus verte devrait favoriser la compétitivité et l'innovation dans tous les secteurs en privilégiant les domaines où les améliorations sont plus rentables et plus efficaces d'un point de vue environnemental;

17. erkent dat het investeren in groene technologieën niet alleen afhankelijk is van het door de koolstofmarkt afgegeven prijssignaal, maar ook van de uitvoering van consistente beleidsmaatregelen op het gebied van het milieu die gericht zijn op de ontwikkeling van een sociale en groenere economie als alternatief op basis van banencreatie in plaats van economische achteruitgang en crisis; concludeert derhalve dat met het huidige streefcijfer van 20% niet met enige zekerheid voorspeld kan worden wat de rol zal zijn van het ETS in het aansporen tot emissiereductie en tot toepassing van koolstofarme technologieën in de sectoren die hieronder vallen, aangezien de CO2-prijs aan aanzienlijke schommelingen onderhevig is, waardoor het risico bestaat dat investeringen in koolstofintensieve installaties en infrastructuren voor de komende tientallen jaren worden gedaan;
17. reconnaît que les investissements dans les technologies vertes dépendent non seulement du signal de prix donné par le marché du carbone mais aussi de la mise en œuvre, dans le domaine de l'environnement, de politiques cohérentes visant à développer une économie sociale et plus verte pour la création d'emplois en tant qu'alternative au déclin et à la crise économiques; conclut donc qu'au regard de l'objectif actuel de 20 %, il n'est actuellement pas possible de prévoir avec certitude le rôle que le système d'échange de quotas jouera comme moteur de la réduction des émissions et du déploiement des technologies à faible taux d'émission dans les secteurs relevant de ce système, étant donné que la fourchette de prévisions retenue pour le prix du carbone est très large, d'où un risque de verrouillage au profit d'installations et d'infrastructures à forte intensité de carbone pour les décennies à venir;

1. is ingenomen met het actieplan voor de automobielindustrie en vestigt de aandacht op het strategische belang van de automobielindustrie voor de Europese economie, die immers direct en indirect goed is voor circa 12 miljoen banen, een aanzienlijke positieve bijdrage van ca. 90 miljard EUR (in 2011) levert tot de EU-handelsbalans, het hoogste bedrag aan particuliere uitgaven voor onderzoek en innovatie aantrekt (ca. 30 miljard EUR in 2010) en een essentiële aanjager van technologische innovatie is; onderstreept dat een ambitieus industriebeleid in Europa met een sterke nadruk op lokale werkgelegenheid en de ontwikkeling van groene technologieën een noodzakelijke hefboom is voor een herstel dat meer banen genereert en duurzame groei bevordert; onderstreept dat de Europese automobielindustrie een hernieuwingsstrategie nodig heeft die gericht is op duurzamere voertuigen, als onderdeel van een groener vervoerssysteem;
1. salue le plan d'action pour l'industrie automobile et prend note de l'importance stratégique que revêt, pour l'économie européenne, l'industrie automobile, qui procure environ 12 millions d'emplois directs et indirects, apporte une contribution positive considérable à la balance commerciale de l'Union, à hauteur d'environ 90 milliards d'euros (en 2011), bénéficie des investissements les plus importants du secteur privé en matière de recherche et d'innovation (quelque 30 milliards d'euros en 2010) et constitue un moteur essentiel de l'innovation technologique; estime qu'une politique industrielle européenne ambitieuse en Europe, qui privilégie l'emploi local et le développement des technologies vertes est un levier nécessaire pour assurer une reprise fortement créatrice d'emplois et stimuler une croissance durable; souligne que l'industrie automobile européenne a besoin d'une stratégie de renouvellement axée sur des voitures plus durables dans le cadre d'un système de transport plus écologique;

7. wijst erop dat het uiteenlopende ontwikkelingsniveau van de 27 lidstaten in aanmerking moet worden genomen bij de spreiding van de kosten van aanpassing aan de klimaatverandering, en wel zodanig dat dit geen belemmering vormt voor het cohesiebeleid en de geleidelijke nivellering van de levensstandaard in de lidstaten; herinnert eraan dat sommige lidstaten hun verplichtingen om de CO2-emissies te verminderen overeenkomstig het Kyoto-protocol reeds zijn nagekomen; herinnert er tevens aan dat de kosten van aanpassing aan een groenere economie van lidstaat tot lidstaat zullen verschillen naar gelang van hun ontwikkelingspeil en hun energiebronnen, en dringt daarom aan op steun voor onderzoek en onderwikkeling in de lidstaten die bij het streven naar een groenere economie met aanzienlijke kosten worden geconfronteerd; wijst erop dat de verplichtingen die de ontwikkelde en zich in ontwikkeling bevindende landen aangaan, het vermogen van ieder land om bij te dragen tot emissiebeperking accuraat zouden moeten weerspiegelen;
7. souligne que les différences de niveau de développement entre les 27 États membres doivent être prises en compte pour répartir les coûts de l'adaptation au changement climatique d'une façon qui n'entrave pas la politique de cohésion et le rapprochement progressif des niveaux de vie entre les États membres; rappelle que certains États membres ont déjà rempli leurs obligations de réduire les émissions de dioxyde de carbone aux termes du protocole de Kyoto; rappelle que le coût de l'adaptation à une économie plus écologique variera entre les États membres en fonction de leur niveau de développement et de leurs sources d'énergie et demande donc de soutenir la recherche et le développement dans les États membres qui sont confrontés à des coûts considérables pour s'adapter à une économie plus écologique; fait valoir que l'équilibre des engagements pris par les pays développés et en développement doit refléter équitablement la capacité de chaque pays à contribuer aux réductions des émissions;