Volgens het arrest kon deze wetgeving, doordat zij discrimineerde op basis van de plaats van vestiging van de dienstverlener, gemakkelijk een beperkend effect hebben op grensoverschrijdende activiteiten en druiste zij rechtstreeks in tegen het doel van het communautaire OO-beleid, dat erin bestaat de mogelijkheden van de interne markt ten volle te benutten door wettelijke en fiscale belemmeringen voor samenwerking tussen ondernemingen weg te nemen.
Conformément à l’arrêt, en introduisant une discrimination quant au lieu d’établissement du fournisseur de services, la législation incriminée risquait de restreindre les activités transfrontalières et se trouvait donc en contradiction directe avec l’objectif de la politique communautaire en matière de RD, qui consiste précisément à exploiter pleinement le potentiel du marché intérieur grâce à la levée des obstacles juridiques et fiscaux entravant la coopération entre entreprises.