30. wenst de vrijheid van godsdienst als basisrecht te erkennen en wijst elk religieus fundamentalisme van de hand, als strijdig met de menselijke waardigheid; doet met name een beroep op de drie monotheïstische godsdiensten die een integrerend deel vormen van de Europese cultuur, het christendom, de joodse godsdienst en de islam, fundamentalisme en discriminatie van de vrouw te verwerpen;
30. souhaite que la liberté de conviction religieuse soit reconnue comme droit fondamental et rejette tous les fondamentalismes religieux comme contraires à la dignité humaine;