Het Hof oordeelde dat het aldus geïnterpreteerde artikel 39 onevenredige gevolgen had wanneer de arbeidsongesch
ikte werknemer zich bevindt in een situatie van deeltijdse hervatting en derhalve van deeltijdse tewerkstelling waarvoor hij niet zelf kiest, maar waartoe
hij ingevolge zijn gezondheidstoestand wordt gebracht, in tegenstelling tot de werknemer in een stelsel van deeltijdse arbeidsprestaties met toepassing van de artikelen 101 en 103 van de herstelwet van 22 januari 1985, waarover het Hof zich heeft uitgesproken bij zijn arres
...[+++]ten nrs. 51/2008 van 13 maart 2008 en 77/2008 van 8 mei 2008.
La Cour a jugé que l'article 39, ainsi interprété, avait des effets disproportionnés lorsque le travailleur en incapacité de travail se trouve dans une situation de reprise à temps partiel et, dès lors, d'emploi à temps partiel qu'il ne choisit pas lui-même mais auquel il est contraint par son état de santé, à la différence des travailleurs bénéficiant d'un régime de prestations de travail à temps partiel en application des articles 101 et 103 de la loi de redressement du 22 janvier 1985, sur lesquels la Cour a statué par ses arrêts n 51/2008 du 13 mars 2008 et 77/2008 du 8 mai 2008.