266. Het voortdurend toezicht moet ten minste betrekking hebben op de samenstelling, het functioner
en en de financiële situatie van de erkende instellingen : 1) de samenstelling,
om er zeker van te zijn dat is voldaan
aan de voorwaarden gesteld in lid b van hetzelfde artikel; 2) het functioneren,
om er zeker van te zijn dat artikel 11, a, en de bepalingen van artikel 32 gerespecteerd worden, en 3) de financiël
...[+++]e situatie, om onregelmatigheden op het stuk van het functioneren van de instellingen te voorkomen.266. La surveillance constante portera au minimum sur la composition, le fonctionnement et la situation financière des organismes agréés : 1) la composition, pour s'assurer que les conditions posées par l'alinéa b du même article sont remplies; 2) le fonctionnement, pour s'assurer du respect de l'alinéa a de l'article 11 et des dispositions de l'article 32; et 3) la situation financière, pour éviter toutes irrégularités dans le fonctionnement effectif de ces organismes.