Overeenkomstig de rechtspraak van het hof van justitie terzake (zie zaak C-48/97, Kuwait Petroleum (GB) Ltd. t/ Commissioners of Customs and Excise, arrest van 27 april 1999) dient de afgifte van een voorwerp tegen inwisseling van zegels in het kader van een promotiecampagne op grond van artikel 5, lid 6, van de Zesde richtlijn (77/388/EEG) (thans artikel 16, 2°lid, van de Richtlijn 2006/112/EG van 28 november 2006) gelijkgesteld te worden met een levering onder bezwarende titel wanneer het goed niet van geringe waarde is.
Conformément à la jurisprudence de la cour de justice en la matière (voir l'affaire C-48/97, Kuwait Petroleum (GB) Ltd. c/Commissioners of Customs and Excise, arrêt du 27 avril 1999), la remise d'un objet en échange de bons dans le cadre d'une campagne de promotion doit, sur base de l'article 5, paragraphe 6, de la sixième directive (77/388/CEE) (à présent l'article 16, alinéa 2, de la directive 2006/112/CE du 28 novembre 2006), être assimilée à une livraison à titre onéreux lorsque le bien n'est pas de faible valeur.