Het Hof stelt vast dat de artikelen 31 en 33 van de wet van 27 december 1973, zoals aangevuld bij de bestreden artikelen 3 en 4, voortaan op substantiële wijze de voorwaarden en nadere regels van de zogenaamde « verbrekingsvergoeding » vaststellen : de
dienstperiode wordt gepreciseerd waarboven geen enkele terugbetaling kan worden gevorderd (rendementsperiode) B gelijk aan anderhalve maal de duur van de basisopleiding -, alsook de berekeningswijze van de vergoeding B die degressief is en overeenstemt met een deel van de gedurende de basisopleiding betaalde bezoldiging B en de rendementsperiode die overeenstemt met de aanvullende opleidin
...[+++]gen.
La Cour constate que les articles 31 et 33 de la loi du 27 décembre 1973, tels qu'ils ont été complétés par les articles 3 et 4 attaqués, règlent désormais de façon substantielle les conditions et modalités de l'indemnité dite « de rupture » : sont précisés la période de service au-delà de laquelle aucun remboursement ne peut être demandé (période de rendement) - égale à une fois et demi la durée de la formation de base -, le mode de calcul de l'indemnité - laquelle est dégressive et correspond à une fraction du traitement payé durant la formation de base - de même que la période de rendement correspondant aux formations complémentaires.