Het Europees Parlement en de Raad hebben vastgesteld dat aan de voorwaarden van paragraaf 24 van bovengenoemd Interinstitutioneel Akkoord is voldaan en hebben derhalve in onderling ov
erleg volgens de in artikel 272, lid 9, vijfde alinea van het Verdrag tot oprichting van de E
uropese Gemeenschap genoemde stemprocedure besloten een beroep te doen op het flexibiliteitsinstrument ter financiering van het restant van de in verband met de wederopbouw van Kosovo ontstane behoeften dat niet kan worden gedekt door overdracht van kredieten uit
...[+++]de begroting 1999 of door herschikking van de kredieten van de ontwerpbegroting 2000.
Le Parlement européen et le Conseil, constatant que les conditions énoncées au point 24 de l'accord interinstitutionnel précité sont remplies, ont donc décidé d'un commun accord, selon les règles de vote visées à l'article 272, paragraphe 9, cinquième alinéa du traité instituant la Communauté européenne, de recourir à l'instrument de flexibilité pour financer le solde des besoins engendrés par la reconstruction du Kosovo, qui ne peut être couvert ni par report de crédits du budget pour 1999, ni par redéploiement des crédits figurant au projet de budget pour l'exercice 2000.