Gelet op het evaluatierapport over de weerslag van het project van 2 juni 2016 op de respectievelijke toestand van vrouwen en mannen, overeenkomstig artikel 3, 2°, van het decreet van 11 april 2014 houdende uitvoering van de resoluties van de Vrouwenconferentie van de Verenigde Naties die in september 1995 in Peking heeft plaatsgehad en to
t integratie van de genderdimensie in het geheel van de gewestelijke beleidslijnen waaruit blijkt dat het ontwerp niet rechtstreeks of onrechtstreeks op significante wijze effecten
sorteert op één of meerdere groepen van persone ...[+++]n in functie van de samenstelling van de groep op basis van de geslachten van de personen;
Vu le rapport d'évaluation de l'impact du projet du 2 juin 2016 sur la situation respective des femmes et des hommes établi conformément à l'article 3, 2°, du décret du 11 avril 2014 visant à la mise en oeuvre des résolutions de la Conférence des Nations unies sur les femmes à Pékin de septembre 1995, intégrant la dimension du genre dans l'ensemble des politiques régionales et concluant que le projet n'affecte pas directement ou indirectement, de manière significative un ou plusieurs groupes de personnes en fonction de la composition sexuée du groupe;