Overwegende dat krachtens artikel 4, 3°, van de gezegde ordonnantie van 18 maart 2004, een vereniging slechts een erkenning kan genieten voor zover gemiddeld jaarlijks zestig percent van het totale bestand van het tewerkgestelde uitvoerend personeel bestaat uit doelgroepwerknemers in de zin van de bedoelde ordonnantie, met een minimum van een voltijds equivalent;
Considérant qu'en vertu de l'article 4, 3°, de ladite ordonnance du 18 mars 2004, le bénéfice de l'agrément en tant qu'initiative locale de développement de l'emploi n'est possible que pour autant que, en moyenne annuelle, soixante pourcents de l'effectif total du personnel d'exécution occupé se composent de travailleurs du public cible au sens de ladite ordonnance, avec un minimum d'un équivalent temps plein;