De Commissie kan niet enerzijds de Raad voorstellen om op grond van richtlijn 92/81/EEG een beschikking vast te stellen waarbij een vrijstelling van accijnsrechten wordt toegestaan, en instemmen met de verlenging van deze toestemming, en anderzijds vaststellen dat deze vrijstelling een met de gemeenschappelijke markt onverenigbare staatssteun vormt.
Elle soutient que la Commission ne saurait, à la fois, d'une part, proposer au Conseil d'adopter sur le fondement de la directive 92/81/CEE une décision qui autorise une exonération de droit d'accise et ne pas s'opposer à sa prolongation et, d'autre part, constater que ladite exonération constitue une aide d'État incompatible avec le marché commun.