De kredietinstellingen mogen voor de uitoefening van hun werkzaamheden op het grondgebied van de Gemeenschap dezelfde benaming gebruiken als in de lidstaat van hun hoofdkantoor, niettegenstaande de voorschriften in de lidstaat van ontvangst betreffende het gebruik van de woorden "bank", "spaarbank" of andere soortgelijke benamingen.
Les établissements de crédit peuvent, pour l'exercice de leurs activités, utiliser sur tout le territoire de la Communauté la même dénomination que celle qu'ils utilisent dans l'État membre de leur siège, nonobstant les dispositions de l'État membre d'accueil relatives à l'usage des mots "banque", "caisse d'épargne" ou autres dénominations similaires.