b) Als uit de gegevens die een Lid-Staat verstrekt aan de Commissie en aan de Lid-Staat die de vergunning heeft verleend, blijkt dat tijdens de periode met een tekort een geschikt ras beschikbaar is, kan die Lid-Staat overwegen de vergunning in te trekken of de geldigheidsduur ervan te beperken en stelt hij binnen tien dagen na de datum van ontvangst van de betrokken gegevens de Commissie en de andere Lid-Staten in kennis van de maatregelen die hij heeft genomen.
4. b) Si des informations fournies par un État membre à la Commission et à l'État membre qui a accordé l'autorisation indiquent qu'une variété appropriée est disponible au cours de la période de pénurie, l'État membre peut envisager de retirer l'autorisation ou d'en réduire la durée et informe la Commission et les autres États membres des mesures qu'il a prises, dans un délai de dix jours à partir de la date à laquelle il a reçu les informations en question.