Indien een lidstaat aanwijzingen heeft dat bepaalde gegevens in strijd met deze verordening in de centrale gegevensbank werden opgeslagen, stelt hij de lidstaat van oorsprong eveneens zo spoedig mogelijk daarvan in kennis.
Si un État membre dispose d'indices suggérant que des données ont été enregistrées dans la base de données centrale en violation du présent règlement, il en avise également, dès que possible, l'État membre d'origine.