« De administrateur-generaal van de Veiligheid van de Staat en de chef van de algemene Dienst inlichting en veiligheid, of de persoon die elk van hen aanwijst, kan met instemming van de commissie en indien het openbaar belang dit vereist, aan de pers gegevens verstrekken.
« L'administrateur général de la Sûreté de l'État et le chef du Service général du renseignement et de la sécurité, ou la personne que chacun d'eux désigne, peut, de l'accord de la commission et lorsque l'intérêt public l'exige, communiquer des informations à la presse.