De decreetgever heeft ervoor gekozen dat fiscaal voordeel enkel open te stellen bij de beëindiging van geformaliseerde samenlevingsvormen, die worden gekenmerkt door een aantal rechten en verplichtingen die rechtstreeks voortvloeien uit de wet.
Le législateur décrétal a choisi de n'accorder cet avantage fiscal que lors de la cessation des formes de vie commune qui ont été formalisées, lesquelles sont caractérisées par un certain nombre de droits et d'obligations découlant directement de la loi.