12. wijst erop dat er twee strategieën bestaan, te weten directe ontmanteling respectievelijk gefaseerde ontmanteling, waarvan de relatieve voor- en nadelen tegen de achtergrond van locatie en reactortype tegen elkaar moeten worden afgewogen;
12. note l'existence de deux stratégies de démantèlement – immédiat ou différé – dont les avantages et inconvénients respectifs doivent être mis en balance, en fonction du lieu d'implantation et des caractéristiques du réacteur,