In afwijking van het eerste lid is voor niet-begeleide minderjarige vreemdelingen aan wie een voogd is toegewezen als vermeld in artikel 8 van hoofdstuk 6 van titel XIII van de programmawet (I) van 24 december 2002, de toegangspoort bevoegd voor de behandeling van een aanvraag van niet rechtstreeks toegankelijke jeugdhulpverlening als de voogd in het werkgebied van de toegangspoort zijn woonplaats heeft of, als hij geen woonplaats heeft, zijn feitelijke verblijfplaats heeft.
Par dérogation au premier alinéa, pour les mineurs étrangers non accompagnés à qui un tuteur est attribué tel que mentionnés à l'article 8 du chapitre 6 du titre XIII de la loi programme (I) du 24 décembre 2002, la porte d'entrée est compétente pour le traitement d'une demande d'aide à la jeunesse non directement accessible pour un mineur si le tuteur a son domicile dans le terrain d'action de la porte d'entrée ou, s'il n'a pas de domicile, sa résidence de fait.