Voor wat betr
eft het verschil in behandeling tussen rechtzoekenden die partij zijn in een burgerlijke rechtspleging en diegenen die partij zijn in een rechtspleging voor de afdeling bestuursrechtspraak van de Raad van State, in het bijzonder voor wat het algemeen karakter van de rechtsplegingsvergoeding betreft, dient te worden vastgesteld dat de regeling van artikel 30/1 van de gecoördineerde wetten op de Raad van State gebaseerd is op de algemene regeling van artikel 1022 van het Gerechtelijk Wetboek en in
houdt dat de in het ongelijk gestelde ...[+++] partij een forfaitair bepaalde rechtsplegingsvergoeding verschuldig
d is, ook indien er geen sprake is van een tergend en roekeloos geding.
Pour ce qui est de la différence de traitement entre les justiciables qui sont parties à une procédure civile et ceux qui sont parties à une procédure devant la section du contentieux administratif du Conseil d'Etat, notamment en ce qui concerne le caractère général de l'indemnité de procédure, il y a lieu de constater que le régime prévu par l'article 30/1 des lois coordonnées sur le Conseil d'Etat est basé sur le régime général de l'article 1022 du Code judiciaire et stipule que la partie succombante est redevable d'une indemnité de procédure fixée forfaitairement, même
lorsqu'il n'est pas question d'une procédure téméraire et vexatoir
...[+++]e.