Lopende onderzoeken van verdachte gevallen van schijnhuwelijken kunnen geen rechtvaardiging vormen voor een afwijking van de rechten die familieleden uit derde landen ontlenen aan de richtlijn, zoals een verbod om te werken, inbeslagneming van paspoort, of een verlenging van de termijn van zes maanden voor de afgifte van een verblijfskaart.
Une enquête en cours au sujet d'unions suspectées d'être des mariages de complaisance ne peut justifier une dérogation aux droits des membres de la famille ressortissants de pays tiers prévus par la directive, telle que l'interdiction de travailler, la confiscation du passeport ou la délivrance tardive d'une carte de séjour, au-delà des six mois qui suivent la date de la demande.