§ 3 stelt duidelijker dan de wet van 29 juli 1991 betreffende de uitdrukkelijke motivering van de bestuurshandelingen dat de commissie, in geval van volledige of gedeeltelijke weigering van vrijstelling, haar beslissing moet motiveren en de precieze elementen van het dossier moet opgeven die het haar mogelijk hebben gemaakt in deze of gene zin uitspraak te doen.
Le § 3, quant à lui, prévoit, de façon plus précise que la loi du 29 juillet 1991 relative à la motivation explicite des actes administratifs, que la commission doit, en cas de refus de dispense partiel ou total, motiver sa décision en mentionnant les éléments précis du dossier qui lui ont permis de statuer dans tel ou tel sens.