Ik lever kritiek op dit werkprogramma om de volgende redenen. Naast de inspanningen van de G6-landen, die zich bezighouden met legale migratie, en de inspanningen van de landen rond de Bondsrepubliek Duitsland, die het Verdrag van Prüm gelanceerd hebben, worden er buiten de derde pijler om parallelle structuren ontwikkeld voor de derde pijler - en daarbij gaat het om veel meer dan wetgeven - zonder dat de Commissie, als hoedster van de Verdragen optreedt en heftig in het openbaar protesteert.
Un élément critiquable de ce programme de travail réside dans le fait que, parallèlement aux initiatives du G6 en matière d’immigration légale et aux efforts des quelques États réunis autour de la République fédérale d’Allemagne qui ont lancé la Convention de Prüm, des structures parallèles apparaissent en marge et en lieu et place du troisième pilier, sans que la Commission - dont le rôle de gardienne des traités ne se limite pas à l’élaboration de lois - n’intervienne ni ne fasse ouvertement le moindre commentaire public.
