4. merkt op dat de minst ontwikkelde landen (MOL's) het kwetsbaarst zijn voor de gevolgen van overstromingen; steunt de door het Milieuprogramma van de Verenigde Naties geformuleerde aanbevelingen inzake de aanpak van overstromingen, waarin wordt gepleit voor een verbetering van het bodembeheer in combinatie met betere methoden voor wateropslag die zijn gebaseerd op zowel traditionele als recentere wetenschappelijke kennis; pleit voor het herstel en de wederopbouw van cruciale ecosystemen variërend van bossen tot wetlands, die aan een grotere watervoorraad kunnen bijdragen e
n als buffer kunnen fungeren tegen extreme klimaatverschijnsel ...[+++]en zoals overstromingen; 4. relève que ce sont les pays les moins avancés (PMA) qui sont les plus vulnérables aux conséquences des inondations; soutient les recommandations du PNUE pour faire face aux inondations, en vertu desquelles l'amélioration de la gestion des sols doit aller de pair avec une amélioration des méthodes de stockage s'appuyant sur des connaissances scientifiques traditionnelles et plus modernes; plaide pour la réhabilitation et le rétablissement des écosystèmes critiques, allant des forêts aux zones humides, qui peuvent améliorer l'approvisionnement en eau et servir de zones tampons face aux évé
nements climatiques extrêmes tels que les inonda ...[+++]tions;