Naast de hiervoor in A.3.2 vermelde argumentatie, ze
t die tussenkomende partij uiteen dat, met toepassing van de betwiste bepalingen, het beroep dat zij voor de Vaste Beroepscommissie had ingesteld aan een Nederlandstalige kamer is toegewezen en dat die kamer dat be
roep onontvankelijk heeft verklaard bij gebreke van motivering : er wordt opgemerkt dat de
rechtspraak van de Franstalige kamers daarentegen toestaat dat een « toelichte
...[+++]nd beroep » wordt ingediend, waardoor een beslissing van onontvankelijkheid kan worden vermeden.
Outre l'argumentation reprise ci-dessus au point A.3.2, cette partie intervenante expose que, en application des dispositions contestées, le recours qu'elle avait introduit devant la Commission permanente de recours a été attribué à une chambre néerlandophone et que celle-ci a déclaré ce recours irrecevable pour défaut de motivation : il est relevé que, à l'inverse, la jurisprudence des chambres francophones admet le dépôt d'un « recours ampliatif », ce qui permet d'éviter une décision d'irrecevabilité.