13. herhaalt zijn standpunt dat de NAVO, als hoeksteen van de collectieve verdediging, een forum moet worden voor politieke discussie in een werkelijk partnerschap van gelijken, waarbij een verstandig evenwicht moet worden gevonden tussen de instrumenten van preventie, crisisbeheer en militaire capaciteit; beveelt in dit verband aan dat er sprake moet zijn van een nauwere veiligheidsband tussen de NAVO en de Europese Unie; is van mening dat een krachtiger partnerschap EU-VS een dergelijke band veeleer zal aanvullen dan die zal ondermijnen;
13. réaffirme que l'OTAN, pierre angulaire de la défense collective, doit devenir une enceinte de débat politique dans le contexte de relations entre partenaires égaux et qu'il y a lieu de rechercher un juste équilibre entre les instruments de prévention et de gestion des crises et les capacités militaires; préconise à cette fin des relations plus étroites entre l'OTAN et l'Union européenne dans le domaine de la sécurité; est d'avis qu'un partenariat UE - États-Unis renforcé compléterait ces relations au lieu de les miner;
