Het Hof stelt evenwel vast dat aan de artikelen 92 en volgende van het koninklijk besluit van 22 maart 1969 een andere interpretatie kan worden gegeven dan die welke de feitenrechter eraan geeft, aangezien uit die bepalingen niet blijkt dat de overheid verplicht zou zijn over te gaan tot een benoeming in vast verband.
La Cour constate cependant que les articles 92 et suivants de l'arrêté royal du 22 mars 1969 peuvent faire l'objet d'une autre interprétation que celle retenue par le juge a quo dès lors que ces dispositions n'indiquent pas que l'autorité serait tenue de procéder à une nomination à titre définitif.