Na de mededeling van feiten en overwegingen voerde de enige medewerkende Russische producent aan dat zijn uitvoerprijzen hadden moeten worden gebruikt, aangezien zij meer dan 10 % van zijn totale verkoop vertegenwoordigden.
Après la communication des conclusions, le seul producteur russe ayant coopéré a fait valoir que ses prix à l'exportation auraient dû être utilisés puisqu'ils concernent plus de 10 % du total de ses ventes.