12. benadrukt dat eventuele samenwerking van de EU en de lidstaten met de landen van de LAS inzake terrorismebestrijding in overeenstemming moet zijn met de mensenrechtenwetgeving en, in voorkomend geval, het internationale humanitaire recht, met name wat de eisen inzake een correcte procesgang betreft, om te voorkomen dat Europa zich medeplichtig maakt aan mensenrechtenschendingen;
12. insiste sur le fait que la coopération entre l'Union et ses États membres et les pays de la LEA dans la lutte contre le terrorisme doit respecter les droits de l'homme et, le cas échéant, le droit humanitaire international, notamment en ce qui concerne les exigences de respect des procédures judiciaires, afin d'éviter toute complicité européenne d'atteintes aux droits de l'homme;