Art. 28. Met betrekking tot de steunverlening, bedoeld in artikelen 6, 12, 14, 17, 19 en 21 stelt de Vlaamse minister, bevoegd voor het landbouwbeleid, de voorwaarden en de modaliteiten van de rentetoelage en/of investeringspremie vast, de duur
van de waarborg en eventueel de in aanmerking te nemen minimum- en maximuminvesteringen en vestigingskosten en de
gevallen en de mate waarin het equivalent van de steun geheel of gedeeltelijk onder de vorm van
...[+++]uitgestelde aflossingen mag toegekend worden.
Art. 28. Pour ce qui concerne l'aide, visée aux articles 6, 12, 14, 17, 19 et 21, le Ministre flamand chargé de la politique agricole arrête les conditions et les modalités de la subvention d'intérêt et/ou de la prime à l'investissement, la durée de la garantie et le cas échéant, les investissements minimums et maximum à prendre en compte et les frais d'installation et les cas dans lesquels et la mesure où l'équivalent de l'aide peut être octroyé en tout ou en partie sous la forme d'amortissements remis.