6. is ervan overtuigd dat de recente problemen met Schengen hun oorsprong vinden in het feit dat het bereik
en van een Europees beleid op andere gebieden op weerstand stuit, in het bijzonder als het gaat om een gemeenschappelijk Europees asiel- en migratiesysteem (met inbegrip van de aanpak van onregelmatige immigratie en de
bestrijding van de georganiseerde misdaad); herhaalt dat het van het grootste belang is vooruitgang op dit punt te behalen, ook met het oog op het feit dat de uiterste termijn voor de invoerin
...[+++]g van een gemeenschappelijk Europees asielsysteem op 2012 is bepaald; acht het van cruciaal belang zich speciaal te richten op de verbetering van bestaande instrumenten (zoals Frontex) en op een betere Europese samenwerking, niet alleen tussen de lidstaten op grond van artikel 80 van het VWEU, maar ook tussen de agentschappen van de EU, zoals Europol, Eurojust en het Europees Ondersteuningsbureau voor asielzaken; 6. est convaincu que les problèmes rencontrés récemment concernant Schengen découlent de la réticence à mettre en
œuvre la politique européenne dans d'autres domaines, en particulier dans celui d'un régime européen commun de l'asile et de la migration (y compris le traitement de la question de l'immigration illégale et de la lutte co
ntre la criminalité organisée); réaffirme qu'il est extrêmement important d'accomplir des progrès sur cette question, compte tenu également du délai arrêté pour la mise en place d'un régime européen commu
...[+++]n en matière d'asile, soit 2012; estime crucial de s'attacher à améliorer les instruments existants (comme Frontex) ainsi que la coopération européenne, non seulement entre les États membres, sur la base de l'article 80 du traité FUE, mais également entre les agences de l'Union européenne, comme Europol, Eurojust et le Bureau européen d'appui en matière d'asile;