6. verzoekt de lidstaten om, in het licht van de
doelstelling van de Europese Raad van Lissabon van maart 2000 om de totale participatiegraad van vrouwen vóór 2010 tot 60% te
verhogen, a) bij de vaststelling van hun nationaal actieplan voor de tenui
tvoerlegging van de richtsnoeren voor de werkgelegenheid de genderproblematiek te integreren in de beleidsmaatregelen als b
edoeld in de eerste drie ...[+++] pijlers van de bovengenoemde richtsnoeren, b) specifieke streefcijfers en voorschriften vast te stellen met betrekking tot positieve maatregelen om een einde te maken aan de segregatie op de arbeidsmarkt, c) precieze streefcijfers en -data vast te stellen om de loonverschillen tussen mannen en vrouwen te verkleinen en d) vergelijkbare indicatoren vast te stellen, alsmede procedures voor de follow-up en evaluatie van gelijke kansen in alle aspecten van de werkgelegenheid; 6. invite les États membres, à la lumière de l'objectif
fixé par le Conseil européen de Lisbonne de mars 2000 consistant à porter le taux d'emploi global pour les femmes à 60% d'ici 2010, a) à intégrer, lors de l'élaboration
de leur PAN pour la mise en œuvre des lignes directrices pour l'emploi, la dimension de genre dans les politiques pour l'emploi vi
sées dans les trois premiers ...[+++] piliers des lignes directrices en question, b) à fixer des objectifs spécifiques et à adopter des réglementations sur les mesures positives afin de désagréger le marché du travail, c) à introduire des objectifs quantitatifs précis et des dates butoirs pour réduire les écarts de rémunération entre les hommes et les femmes et d) à établir des indicateurs comparables, ainsi que des procédures de suivi et d'évaluation de l'égalité des chances dans tous les domaines de l'emploi;