18. neemt met voldoening kennis van de verzekering van de secretaris-generaal dat geen van de problemen die in het boekhoudkundig systeem van de Commissie
zouden bestaan, het Europees Parlement betreffen; merkt op dat het Europees
Parlement niet hetzelfde boe
khoudkundig systeem heeft als bij de Commissie wordt gebruikt, en dat de begroting en het uitgavenpatroon van het
Parlement van v
olledig andere aard zijn; herinne ...[+++]rt eraan dat de Rekenkamer op geen enkel punt tekortkomingen in het boekhoudkundig systeem van het Europees Parlement heeft aangewezen die wijzen op soortgelijke problemen als bij de Commissie zijn geconstateerd;
18. prend note avec satisfaction de l'assurance donnée par le Secrétaire général, selon laquelle aucun des problèmes qui affecteraient le système comptable de la Commission ne se pose au Parlement européen; constate que le Parlement européen n'utilise pas le même système comptable que la Commission et que son budget et la structure de ses dépenses sont d'un ordre tout différent; rappelle que la Cour des comptes n'a, à aucun stade, identifié, dans le système comptable du Parlement européen, des carences révélant l'existence de problèmes du type rencontré par la Commission;