Vertaling van "eur eerst " (Nederlands → Frans) :

TERMINOLOGIE

je eerste EURES-baan
«Ton premier emploi EURES» | yfEj [Abbr.]

eerste maandstonden | eerste menstruatie | eerste ongesteldheid | eerste regels | voor de eerste maal ongesteld zijn
premières règles

eerste automonteuse | eerste autotechnica | eerste automonteur | eerste autotechnicus
chef d’atelier de maintenance automobile

die eerst komt, eerst maalt | die het eerst komt, het eerst maalt
premier arrivé, premier servi | système au fur et à mesure | PAPS [Abbr.]

eerste onderluchthavenmeester eerste klasse
premier sous-chef d'aérodrome de première classe

Eerst in-eerst uit | FIFO | First in, first out
premier entré, premier sorti | PEPS

Eerste Kamerlid | senatrix | lid van de Eerste Kamer | senator
sénatrice | sénateur | sénateur/sénatrice

eerste verkoopmedewerker audio- en videoapparatuur | eerste verkoopster audio- en videoapparatuur | verkoopmedewerker audio- en videoapparatuur | verkoopspecialist audio- en videoapparatuur
vendeur en matériel audio-vidéo | vendeuse en matériel audio-vidéo | vendeur en matériel audiovisuel/vendeuse en matériel audiovisuel | vendeuse en matériel hi-fi

EUR -kentekenplaat
marque d'immatriculation EUR

eerste rechter
premier juge

IN-CONTEXT TRANSLATIONS

Het saldo van de eerste afrekening bedoeld in artikel 54/1, § 4, eerste lid, van dezelfde bijzondere wet van 16 januari 1989, inzake de gewestelijke personenbelasting bedoeld in artikel 5/1, § 1, van dezelfde bijzondere wet van 16 januari 1989, na aftrek van de in artikel 5/5, § 4, van dezelfde bijzondere wet bedoelde geraamde belastingverminderingen en belastingkredieten, wordt voor het begrotingsjaar 2018 geraamd op 24.836.816 EUR voor het Vlaamse Gewest, op 20.286.173 EUR voor het Waalse Gewest en op 4.304.546 EUR voor het Brusselse Hoofdstedelijk Gewest.
Le solde du premier décompte visé à l'article 54/1, § 4, alinéa 1er, de la même loi spéciale du 16 janvier 1989, en matière de l'impôt des personnes physiques régional visé à l'article 5/1, § 1er, de la même loi spéciale du 16 janvier 1989, après déduction des réductions d'impôt et des crédits d'impôt visés à l'article 5/5, § 4, de la même loi spéciale, est estimé, pour l'année budgétaire 2018, à 24.836.816 EUR pour la Région flamande, à 20.286.173 EUR pour la Région wallonne et à 4.304.546 EUR pour la Région de Bruxelles - Capitale.

Art. 39. § 1. In onderafdeling 3 van het koninklijk besluit van 25 april 2002 betreffende de vaststelling en de vereffening van het budget van financiële middelen van de ziekenhuizen, zoals gewijzigd bij het besluit van de Waalse Regering van 17 december 2015 tot opheffing en wijziging van sommige bepalingen betreffende de subsidiëring van de ziekenhuisinvesteringen, genomen ter uitvoering van de gecoördineerde wet van 10 juli 2008 betreffende de ziekenhuizen en andere verzorgingsinrichtingen, in artikel 31, § 3, 1°, eerste lid, wordt het bedrag « 148.736,11 EUR » vervangen door het bedrag « 125.823,85 EUR ».
Art. 39. § 1. Dans la sous-section 3 de l'arrêté royal du 25 avril 2002 relatif à la fixation et à la liquidation du budget des moyens financiers des hôpitaux, tel que modifié par l'arrêté du Gouvernement wallon du 17 décembre 2015 abrogeant et modifiant certaines dispositions relatives au subventionnement des investissements hospitaliers, prises en exécution de la loi sur les hôpitaux et autres établissements de soins, coordonnée le 10 juillet 2008, à l'article 31, § 3, 1°, alinéa 1, le montant de « 148.736,11 EUR » est remplacé par « 125.823,85 EUR ».

D. overwegende dat de Raad het niet eens is met de interpretatie van het Parlement en de Commissie dat het bedrag van 350 miljoen EUR aan betalingskredieten dat in 2014 voor de speciale instrumenten van de MFK-verordening beschikbaar gesteld is, niet onder het betalingsmaximum behoort te vallen, en bijgevolg een marge van 711 miljoen EUR eerst moet worden opgebruikt voordat van de marge voor onvoorziene uitgaven gebruik kan worden gemaakt; overwegende dat dientengevolge nog niet besloten is of en in hoeverre het bedrag van 350 miljoen EUR moet worden verrekend met de marges van het MFK voor betalingskredieten voor het lopende begrotingsjaar of toekomstige begrotingsjaren;
D. considérant que la Conseil ne partage pas l'interprétation du Parlement et de la Commission, selon laquelle il convient d'exclure du plafond des paiements les 350 millions d'euros en crédits de paiement mobilisés en 2014 eu égard aux instruments spéciaux prévus par le règlement CFP, ce qui laisse donc une marge de 711 millions d'euros à épuiser avant de recourir à la marge pour imprévus; que la décision reste dès lors en suspens, à savoir si et dans quelle mesure le montant de 350 millions d'euros devrait être compensé sur les marges du CFP pour les paiements pour l'exercice actuel ou les exercices à venir;

Het saldo van de eerste afrekening bedoeld in artikel 54/1, § 4, eerste lid, van dezelfde bijzondere wet van 16 januari 1989, inzake de gewestelijke personenbelasting bedoeld in artikel 5/1, § 1, van dezelfde bijzondere wet van 16 januari 1989, na aftrek van de in artikel 5/5, § 4, van dezelfde bijzondere wet bedoelde geraamde belastingverminderingen en belastingkredieten, wordt voor het begrotingsjaar 2017 geraamd op 147.872.033 EUR voor het Vlaamse Gewest, op 19.500.255 EUR voor het Waalse Gewest en op 46.208.284 EUR voor het Brusselse Hoofdstedelijk Gewest.
Le solde du premier décompte visé à l'article 54/1, § 4, alinéa 1er, de la même loi spéciale du 16 janvier 1989, en matière de l'impôt des personnes physiques régional visé à l'article 5/1, § 1er, de la même loi spéciale du 16 janvier 1989, après déduction des réductions d'impôt et des crédits d'impôt visés à l'article 5/5, § 4, de la même loi spéciale, est estimé, pour l'année budgétaire 2017, à 147.872.033 EUR pour la Région flamande, à 19.500.255 EUR pour la Région wallonne et à 46.208.284 EUR pour la Région de Bruxelles - Capitale.

Het saldo van de eerste afrekening bedoeld in artikel 54/1, § 4, tweede lid, van dezelfde bijzondere wet van 16 januari 1989, inzake de gewestelijke personenbelasting bedoeld in artikel 5/1, § 1, van dezelfde bijzondere wet van 16 januari 1989, na aftrek van de in artikel 5/5, § 4, van dezelfde bijzondere wet bedoelde geraamde belastingverminderingen en belastingkredieten, wordt voor het begrotingsjaar 2017 geraamd op 29.311.719 EUR voor het Vlaamse Gewest, op 24.591.536 EUR voor het Waalse Gewest en op 9.693.674 EUR voor het Brusselse Hoofdstedelijk Gewest.
Le solde du premier décompte visé à l'article 54/1, § 4, alinéa 2, de la même loi spéciale du 16 janvier 1989, en matière de l'impôt des personnes physiques régional visé à l'article 5/1, § 1er, de la même loi spéciale du 16 janvier 1989, après déduction des réductions d'impôt et des crédits d'impôt visés à l'article 5/5, § 4, de la même loi spéciale, est estimé, pour l'année budgétaire 2017, à 29.311.719 EUR pour la Région flamande, à 24.591.536 EUR pour la Région wallonne et à 9.693.674 EUR pour la Région de Bruxelles - Capitale.

Het saldo van de eerste afrekening bedoeld in artikel 54/1, § 4, eerste lid, van dezelfde bijzondere wet van 16 januari 1989, inzake de gewestelijke personenbelasting bedoeld in artikel 5/1, § 1, van dezelfde bijzondere wet van 16 januari 1989, na aftrek van de in artikel 5/5, § 4, van dezelfde bijzondere wet bedoelde geraamde belastingverminderingen en belastingkredieten, wordt voor het begrotingsjaar 2017 geraamd op 172.690.969 EUR voor het Vlaamse Gewest, op 33.836.793 EUR voor het Waalse Gewest en op 52.992.938 EUR voor het Brusselse Hoofdstedelijk Gewest.
Le solde du premier décompte visé à l'article 54/1, § 4, alinéa 1, de la même loi spéciale du 16 janvier 1989, en matière de l'impôt des personnes physiques régional visé à l'article 5/1, § 1, de la même loi spéciale du 16 janvier 1989, après déduction des réductions d'impôt et des crédits d'impôt visés à l'article 5/5, § 4, de la même loi spéciale, est estimé, pour l'année budgétaire 2017, à 172.690.969 EUR pour la Région flamande, à 33.836.793 EUR pour la Région wallonne et à 52.992.938 EUR pour la Région de Bruxelles - Capitale.

D. overwegende dat de Raad het niet eens is met de interpretatie van het Parlement en de Commissie dat het bedrag van 350 miljoen EUR aan betalingskredieten dat in 2014 voor de speciale instrumenten van de MFK-verordening beschikbaar gesteld is, niet onder het betalingsmaximum behoort te vallen, en bijgevolg een marge van 711 miljoen EUR eerst moet worden opgebruikt voordat van de marge voor onvoorziene uitgaven gebruik kan worden gemaakt; overwegende dat dientengevolge nog niet besloten is of en in hoeverre het bedrag van 350 miljoen EUR moet worden verrekend met de marges van het MFK voor betalingskredieten voor het lopende begrotingsjaar of toekomstige begrotingsjaren;
D. considérant que la Conseil ne partage pas l'interprétation du Parlement et de la Commission, selon laquelle il convient d'exclure du plafond des paiements les 350 millions d'EUR en crédits de paiement mobilisés en 2014 eu égard aux instruments spéciaux prévus par le règlement CFP, ce qui laisse donc une marge de 711 millions d'EUR à épuiser avant de recourir à la marge pour imprévus; que la décision reste dès lors en suspens, à savoir si et dans quelle mesure le montant de 350 millions d'EUR devrait être compensé sur les marges du CFP pour les paiements pour l'exercice actuel ou les exercices à venir;

De jaarlijkse financiële tegenprestatie is vastgesteld op 710 000 EUR voor de eerste drie jaar en 675 000 EUR voor het vierde jaar, waarvan 325 000 EUR bestemd is voor de ondersteuning van het sectorale beleid van Sao Tomé en Principe, en de door de reders te betalen visrechten zijn opgetrokken van 35 EUR per ton tot 55 EUR in de eerste twee jaar, 60 EUR in het derde jaar en 70 EUR in het vierde.
La contrepartie financière annuelle a été fixée à 710 000 euros pour les 3 premières années et à 675 000 euros la quatrième année, 325 000 euros étant destinés à l'appui de la politique sectorielle de Sao Tomé-et-Principe, et les taxes à payer par les armateurs sont passées de 35 euros/tonne à 55 euros au cours des deux premières années, 60 euros, la troisième année et 70 euros, la quatrième année.

Op de grondslag van de conclusies van 17 mei 2006 van Commissie, Raad en Europees Parlement in de overeenkomst over het financieel kader 2007-2013 (interinstitutioneel akkoord over begrotingsdiscipline en gezond financieel beheer) bereikte de Commissie overeenkomst over een herzien voorstel in het kader waarvan het beschikbare totaalbedrag wordt beperkt van 233,46 mio. EUR (eerste lezing) tot 156,8 mio EUR.
Sur la base des conclusions, établies le 17 mai 2006 par la Commission, le Conseil et la Parlement européen, de l’accord sur le cadre financier 2007-2013 (accord interinstitutionnel sur la discipline budgétaire et la bonne gestion financière), la Commission a marqué son accord sur une proposition modifiée réduisant l’enveloppe financière de 233,46 millions d’euros en première lecture à 156,8 millions d’euros.