Een instelling die een uit Richtlijn 97/5/EG voortvloeiende verplichting niet is nagekomen omdat zij een gegrond vermoeden had dat een grensoverschrijdende overmaking in werkelijkheid een witwastransactie was, zal daarom waarschijnlijk het openbaar belang van Richtlijn 91/308/EEG ter verdediging aanvoeren.
Par conséquent, si un établissement manque à l'une des obligations imposées par la directive 97/5/CE parce qu'il a légitimement soupçonné une opération de blanchiment, il invoquera vraisemblablement la directive 91/308/CEE pour se retrancher derrière l'argument de l'ordre public.