3. De exploitant is overeenkomstig de in artikel 4 opgenomen voorschriften verplicht de hoeveelheid rechten en/of kredieten, die is verworven in het kader van projecten voor de gemeenschappelijk implementatie (JI) of van het mechanisme voor schone ontwikkeling (CDM) en/of uit reductieprojecten resulterende CO2-equivalenten (removal units), terug te geven ten belope van de totale emissies van de installatie in elk kalenderjaar, geverifieerd overeenkomstig artikel 15 uiterlijk op 31 maart van het daaropvolgende jaar.
3. En vertu des dispositions arrêtées conformément à l'article 4, l'exploitant est tenu de restituer, au plus tard pour le 31 mars de l'année suivante, à hauteur des émissions totales de l'installation au cours de l'année civile écoulée, telles qu'elles ont été vérifiées conformément à l'article 15, la quantité de quotas et/ou de crédits acquise dans le cadre de projets soumis à application commune (JI) ou du mécanisme pour un développement "propre" (CDM) et/ou des équivalents CO2 (removal units) résultant de projets de réduction.