Hierdoor suggereerde de liberaal dat de afwijzende houding van de VLD tegenover het vreemdelingenstemrecht niet louter tot een principiële positie aangaande de koppeling tussen staatsburgerschap en kiesrecht terug te voeren was, maar net zo goed het gevolg was van electorale motieven.
Le libéral suggérait ainsi que l'attitude de rejet du VLD à l'égard du droit de vote des étrangers ne devait pas être ramenée à une pure position de principe concernant le lien entre citoyenneté et droit de vote, mais procédait tout autant de motifs électoraux.