7. benadrukt dat de elektromobiliteit moet worden bevorderd, gekoppeld aan de invoering van meer hernieuwbare energie in de elektriciteitssector, om de EU2020-doelstellingen te verwezenlijken, met name groene banen en groei, alsmede vermindering van de luchtverontreiniging; merkt op dat de elektrificatie
van het vervoer in eerste instantie gericht zal zijn op het personenvervoer; benadrukt dat de
nodige regelgevende maatregelen genomen en geïmplementeerd moeten worden en dringt er bij de Commissie en de lidstate
...[+++]n op aan snel gemeenschappelijke interoperabiliteitsnormen vast te stellen en in de EU een netwerk van oplaadpunten aan te leggen; is van mening dat het debat over "elektromobiliteit" in een evenwichtige context moet worden geplaatst, waarbij zowel gekeken wordt naar het potentieel van de groeimarkt van elektrische fietsen als naar de ervaring die is opgedaan in het openbaar vervoer met elektrische trams en treinen; 7. souligne l'importance de la promotion de la mobilité électrique, combinée à
l'introduction de davantage d'énergies renouv
elables dans le secteur de l'électricité, pour atteindre les objectifs de la stratégie Europe 2020, en particulier en termes de croi
ssance et d’emplois verts, ainsi que de réduction de la pollution atmosphérique; note que l’utilisation de l’électricité dans les transports concernera avant tout le transport de passagers; souligne
...[+++] qu’il importe d’adopter et de mettre en œuvre les mesures de réglementation nécessaires et invite instamment la Commission et les États membres à adopter rapidement des normes communes d'interopérabilité et à déployer des infrastructures de recharge dans toute l'Union européenne; considère que le débat sur la "mobilité électrique" devrait s’inscrire dans un contexte bien équilibré, qui tienne compte du potentiel du marché des vélos électriques et de l'expérience des transports en commun par tramways et trains électrifiés;