20. herhaalt zijn steun voor een systeem van vervroegde uittreding dat geldt voor het personeel van alle instellingen en de parlementaire fracties; dringt erop aan dat de Raad de rechtsgrondslag tijdig vaststelt voor de uitvoering van het systeem in de begroting 2003; is het ermee eens dat het systeem budgettair neutraal moet zijn en dat dezelfde voorwaarden van toepassing moeten zijn als voor de regeling voor vervroegde uittreding die wordt
voorgesteld in het hervormingspakket van de Commissie; is het eens met het behoud van een p.m.-vermelding in post 1218 ("Speciale pensioenregeling voor vast en tijdelijk personeel van het Europees
...[+++] Parlement"); is bereid deze kwestie opnieuw te bekijken bij de eerste lezing, rekening houdend met verdere ontwikkelingen;