« Wanneer het verbod werd opgelegd in het kader van een registratierecht dat geen gewestelijke belasting is volgens het bepaalde in artikel 3, eerste lid, 6° tot 8°, van de bijzondere wet van 16 januari 1989 betreffende de financiering van de gemeenschappen en de gewesten, wordt het bedrag van het in het eerste lid bepaalde maximum van de boete gebracht op 125.000,00 EUR».
« Lorsque l'interdiction est enfreinte dans le cadre d'un droit d'enregistrement qui n'est pas un impôt régionalisé selon le prescrit de l'article 3, alinéa 1, 6° à 8°, de la loi spéciale du 16 janvier 1989 relative au financement des communautés et des régions, le montant du maximum de l'amende fixé à l'alinéa 1 est porté à 125.000,00 EUR».