De niet-magistraten die lid zijn van het bureau, met uitzondering van de voorzitter van de Hoge Raad, genieten een wedde die gelijk staat met die van raadsheer in het hof van beroep met eenentwintig jaar nuttige anciënniteit.
Les non-magistrats qui sont membres du bureau à l'exception du président du Conseil supérieur, bénéficient d'un traitement égal à celui d'un conseiller de la cour d'appel comptant vingt et une années d'ancienneté utile.