In mijn vraag verwees ik echter naar de wet van 15 juni 1935 op het gebruik der talen in gerechtszaken, die bepaalt dat de partijen die persoonlijk verschijnen de taal van hun keuze gebruiken voor al hun mondelinge verklaringen in al de ondervragingen van het opsporingsonderzoek en van het gerechtelijk onderzoek.
Dans ma première question, j'ai fait référence à la loi du 15 juin 1935 concernant l'emploi des langues en matière judiciaire qui dispose que les parties comparaissant en personne font usage de la langue de leur choix pour toutes leurs déclarations verbales dans tous les interrogatoires de l'information et de l'instruction.