Art. 11. Onverminderd de bevoegdheden van de officieren van gerechtelijke politie, worden overtredingen van de wet en van de ter uitvoering ervan genomen besluiten opgesp
oord en vastgesteld door de gerechtelijke agenten bij de parketten, de leden van de rijkswacht, de ambtenaren van gemeentelijke politie, de ambtenaren van het Ministerie van Middenstand en Landbouw, aangeduid
door de Minister die de Landbouw onder zijn bevoegdheid heeft, de erkend
e dierenartsen door dezelfde Minister aangewezen ...[+++], de ambtenaren van de Administratie der douane en accijnzen, de dierenartsen-ambtenaren van het Instituut voor veterinaire keuring in het kader van hun opdrachten in het slachthuis en ook door de andere ambtenaren aangewezen door de Koning.Art. 11. Sans préjudice des pouvoirs des officiers de police judiciaire, les infractions aux dispositions de la présente loi et de ses
arrêtés d'exécution sont recherchées et constatées par les agents judiciaires des parquets, par les membres de la gendarmerie, par les agents de la police communale, par les fonctionnaires du Ministère des Classes moyennes et de l'Agriculture, désignés par le Ministre qui a l'Agriculture dans ses attributions, par les médecins vétérinaires agréés désignés par le même Ministre, par les fonctionnaires de l
'Administration des Douanes et Accise ...[+++]s, par les vétérinaires-fonctionnaires de l'Institut d'expertise vétérinaire dans le cadre de leurs missions en abattoir ainsi que par les autres fonctionnaires désignés par le Roi.