De afwezigheid van de verplichting van voorafgaande erkenning door het paritair comité in dit specifieke geval verhindert bovendien geenszins een beschermde werknemer die ontslagen is in het kader van een faillissement, om de zaak aanhangig te maken bij de bevoegde feitenrechter wanneer hij meent het slachtoffer te zijn geweest van een discriminatie.
L'absence d'obligation de reconnaissance préalable par la commission paritaire dans ce cas précis n'empêche par ailleurs nullement un travailleur protégé, licencié dans le cadre d'une faillite, de saisir la juridiction de fond compétente s'il estime avoir été victime d'une discrimination.