Vertaling van "door de tegenpartij zelf ondertekend " (Nederlands → Frans) :

De aanvraag bedoeld in de voorgaande paragraaf wordt door de tegenpartij of door haar advocaat schriftelijk ingediend en door de tegenpartij zelf ondertekend.
La demande prévue au paragraphe précédent est faite par écrit par la partie adverse ou par son avocat et est signée par la partie adverse elle-même.

De aanvraag bedoeld in de vorige paragraaf wordt door de verweerder of zijn advocaat schriftelijk gedaan en door de verweerder zelf ondertekend.
La demande prévue au paragraphe précédent est faite par écrit par le défendeur ou par son avocat et signée par le défendeur lui-même.

3. Schendt artikel 21, tweede lid, van de gecoördineerde wetten op de Raad van State de artikelen 10 en 11 van de Grondwet wanneer het, zoals te dezen, in samenhang gelezen met artikel 17, § 6, van dezelfde wetten, in die zin wordt geïnterpreteerd dat het de tegenpartij de mogelijkheid biedt dat zij door een tussenkomende partij wordt ondersteund en dat die volledig in haar plaats treedt, zelfs indien die tegenpartij heeft nagelaten de voortzetting van de procedure te vorderen, terwijl de verzoekende partij die zou hebben nagelaten de voortzetting van de procedure te vorderen na een arrest waarbij een vordering tot schorsing wordt verworpen, of een verzoekende partij die te laat de toelichtende memorie na het arrest tot schorsing zou hebben bezorgd, niet op dezelfde wijze kan worden ondersteund door een tussenkomende partij en terwijl die niet in haar plaats kan treden ?
3. L'article 21, alinéa 2, des lois coordonnées sur le Conseil d'Etat viole-t-il les articles 10 et 11 de la Constitution lorsque, comme en l'espèce, il est interprété, en combinaison avec l'article 17, § 6, des mêmes lois, comme permettant à la partie adverse d'être soutenue et totalement substituée par une partie intervenante même si cette partie adverse a omis de demander la poursuite de la procédure, alors que la partie requérante qui aurait omis de demander la poursuite de la procédure après un arrêt rejetant une demande de suspension, ou une partie requérante qui aurait transmis en retard le mémoire ampliatif suivant l'arrêt de suspension, ne peut pas de la même façon être soutenue et substituée par une partie intervenante ?

89. benadrukt dat het nodig is de energiezekerheid en uiteindelijk de zelfvoorziening van de EU te waarborgen, die voornamelijk moet worden bereikt door energie-efficiëntie, energiebesparingen en hernieuwbare energie te bevorderen, wat samen met andere alternatieve energiebronnen de invoerafhankelijkheid zal verminderen; neemt nota van de groeiende belangstelling voor de exploratie van olie- en gasvelden in de Middellandse en de Zwarte Zee; gelooft dat in het EU-beleid inzake olie- en gasboringen op zee de nadruk moet komen te liggen op preventie van potentiële risico's en het afbakenen van exclusieve economische zones voor de desbetreffende EU-lidstaten en relevante derde landen in overeenstemming met het Verdrag van de Verenigde Naties inzake het recht van de zee, dat alle lidstaten van de EU en de EU zelf ondertekend hebben;
89. souligne qu'il y a lieu d'assurer la sécurité énergétique et, à terme, l'autosuffisance de l'Union, qui s'obtiendra principalement en encourageant l'efficacité énergétique, les économies d'énergie et les énergies renouvelables, ce qui, grâce à des sources d'énergie de substitution, réduira la dépendance à l'égard des importations; observe l'intérêt naissant envers la prospection de champs de pétrole et de gaz en mer Méditerranée et en mer Noire; estime que, dans le cadre de la politique de l'Union en matière de forages pétroliers et gaziers en mer, il convient de mettre l'accent sur la prévention des risques potentiels et sur la définition de zones économiques exclusives pour les États membres concernés et les pays tiers intéressés, conformément à la convention des Nations unies sur le droit de la mer, à laquelle tous les États membres, et l'Union en tant que telle, ont adhéré;

87. benadrukt dat het nodig is de energiezekerheid en uiteindelijk de zelfvoorziening van de EU te waarborgen, die voornamelijk moet worden bereikt door energie-efficiëntie, energiebesparingen en hernieuwbare energie te bevorderen, wat samen met andere alternatieve energiebronnen de invoerafhankelijkheid zal verminderen; neemt nota van de groeiende belangstelling voor de exploratie van olie- en gasvelden in de Middellandse en de Zwarte Zee; gelooft dat in het EU-beleid inzake olie- en gasboringen op zee de nadruk moet komen te liggen op preventie van potentiële risico's en het afbakenen van exclusieve economische zones voor de desbetreffende EU-lidstaten en relevante derde landen in overeenstemming met het Verdrag van de Verenigde Naties inzake het recht van de zee, dat alle lidstaten van de EU en de EU zelf ondertekend hebben;
87. souligne qu'il y a lieu d'assurer la sécurité énergétique et, à terme, l'autosuffisance de l'Union, qui s'obtiendra principalement en encourageant l'efficacité énergétique, les économies d'énergie et les énergies renouvelables, ce qui, grâce à des sources d'énergie de substitution, réduira la dépendance à l'égard des importations; observe l'intérêt naissant envers la prospection de champs de pétrole et de gaz en mer Méditerranée et en mer Noire; estime que, dans le cadre de la politique de l'Union en matière de forages pétroliers et gaziers en mer, il convient de mettre l'accent sur la prévention des risques potentiels et sur la définition de zones économiques exclusives pour les États membres concernés et les pays tiers intéressés, conformément à la convention des Nations unies sur le droit de la mer, à laquelle tous les États membres, et l'Union en tant que telle, ont adhéré;

76. benadrukt dat het nodig is de energiezekerheid en uiteindelijk de zelfvoorziening van de EU te waarborgen, voornamelijk door energie-efficiëntie, energiebesparingen en hernieuwbare energie te bevorderen, wat samen met andere alternatieve energiebronnen de invoerafhankelijkheid zal verminderen; neemt nota van de groeiende belangstelling voor de exploratie van olie- en gasvelden in de Middellandse en de Zwarte Zee; gelooft dat er dringend een alomvattend EU-beleid inzake olie- en gasboringen in zee moet worden ontwikkeld; meent dat de nadruk moet worden gelegd op mogelijke risico's en op de afbakening van exclusieve economische zones (EEZ's) van EU-lidstaten en relevante derde landen in overeenstemming met het Verdrag van de Verenigde Naties inzake het recht van de zee (Unclos), dat alle lidstaten van de EU en de EU zelf ondertekend hebben;
76. souligne qu'il y a lieu d'assurer la sécurité énergétique et éventuellement l'autosuffisance de l'Union, qui s'obtiendra principalement en encourageant l'efficacité énergétique, les économies d'énergie et les énergies renouvelables, ce qui, grâce à des sources énergétiques de substitution, réduira la dépendance à l'égard des importations; note l'intérêt croissant porté à l'exploration des gisements de pétrole et de gaz dans la mer Méditerranée et dans la mer Noire; estime qu'il est urgent de mettre en place une politique globale de l'Union en matière de forage pétrolier et gazier en mer; estime qu'il convient de mettre l'accent sur les dangers potentiels et sur la délimitation des zones économiques exclusives (ZEE) pour les États membres et les pays tiers concernés conformément à la convention CNUDM, dont tous les États membres et l'Union en tant que telle sont signataires;

77. benadrukt dat het nodig is de energiezekerheid en uiteindelijk de zelfvoorziening van de EU te waarborgen, voornamelijk door energie-efficiëntie, energiebesparingen en hernieuwbare energie te bevorderen, wat samen met andere alternatieve energiebronnen de invoerafhankelijkheid zal verminderen; neemt nota van de groeiende belangstelling voor de exploratie van olie- en gasvelden in de Middellandse en de Zwarte Zee; gelooft dat er dringend een alomvattend EU-beleid inzake olie- en gasboringen in zee moet worden ontwikkeld; meent dat de nadruk moet worden gelegd op mogelijke risico's en op de afbakening van exclusieve economische zones (EEZ's) van EU-lidstaten en relevante derde landen in overeenstemming met het Verdrag van de Verenigde Naties inzake het recht van de zee (Unclos), dat alle lidstaten van de EU en de EU zelf ondertekend hebben;
77. souligne qu'il y a lieu d'assurer la sécurité énergétique et éventuellement l'autosuffisance de l'Union, qui s'obtiendra principalement en encourageant l'efficacité énergétique, les économies d'énergie et les énergies renouvelables, ce qui, grâce à des sources énergétiques de substitution, réduira la dépendance à l'égard des importations; note l'intérêt croissant porté à l'exploration des gisements de pétrole et de gaz dans la mer Méditerranée et dans la mer Noire; estime qu'il est urgent de mettre en place une politique globale de l'Union en matière de forage pétrolier et gazier en mer; estime qu'il convient de mettre l'accent sur les dangers potentiels et sur la délimitation des zones économiques exclusives (ZEE) pour les États membres et les pays tiers concernés conformément à la convention CNUDM, dont tous les États membres et l'Union en tant que telle sont signataires;