De heer Vandenberghe heeft erop gewezen dat noch de Raad van State, noch het Europees Hof voor de Rechten van de Mens in dit dossier enige vorm van discriminatie hebben bespeurd.
M. Vandenberghe l'a rappelé, le Conseil d'État et la Cour européenne des droits de l'homme n'ont trouvé aucun argument de discrimination dans ce dossier.