Art. 16. De bepalingen van de artikelen 4, 6, 8, 11, 12, 13, 14 en 15 zijn eveneens van toepassing op de directeur-generaal die de Voorzitter van het Directiecomité vervangt in geval van afwezigheid of verhindering van deze laatste.
Art. 16. Les dispositions des articles 4, 6, 8, 11, 12, 13, 14 et 15 sont également d'application pour le directeur général qui est appelé à remplacer le Président du Comité de Direction en cas d'absence ou d'empêchement de celui-ci.